Begrippen

Op deze pagina probeer ik uitleg te geven over termen die gebruikt worden. Voor sommige mensen gewone termen maar voor veel mensen die hier nooit mee te maken hebben gehad korte omschrijvingen over deze termen.

Afasie


Ieder mens gebruikt taal. Praten, het vinden van de juiste woorden, begrijpen, lezen, schrijven en gebaren maken zijn onderdelen van ons taalgebruik. Wanneer als gevolg van hersenletsel een of meer onderdelen van het taalgebruik niet meer goed functioneren, noemt men dat afasie. Afasie, A (= niet) fasie (= spreken) betekent dus dat iemand niet meer kan zeggen wat hij wil. Hij kan de taal minder goed gebruiken dan voorheen.
Veel mensen ondervinden tijdens hun vakantie in het buitenland de frustratie van het niet goed kunnen duidelijk maken wat ze bedoelen of het niet goed begrijpen wat de ander zegt. Zelfs in landen waarvan wij menen de taal goed te beheersen, zoals Engeland of Frankrijk, merken we dat bijvoorbeeld bij een doktersbezoek. In landen waarvan we de taal minder goed beheersen, zoals Portugal, Turkije of zelfs China, worden onze communicatiemogelijkheden met de lokale bevolking steeds beperkter, en lukt het ons zelfs niet meer altijd om op ons bord te krijgen wat we zo graag wilden eten. Mensen met afasie ondervinden dagelijks deze problemen.
Afasie is dus een taalstoornis. Geen twee mensen met afasie zijn precies gelijk, afasie is bij iedereen anders. De ernst en omvang van afasie zijn onder andere afhankelijk van de plaats en de ernst van het hersenletsel, het vroegere taalvermogen en iemands persoonlijkheid. Sommige mensen met afasie kunnen wel goed taal begrijpen, maar hebben moeite met het vinden van de juiste woorden of met het bouwen van zinnen. Anderen spreken juist wel veel, maar wat zij zeggen is voor de gesprekspartner niet of moeilijk te begrijpen; deze mensen hebben vaak grote problemen met het begrijpen van taal. Het taalvermogen van de meeste mensen met afasie bevindt zich ergens tussen deze twee uitersten. Let wel: iemand met afasie beschikt over het algemeen over zijn volledige intellectuele capaciteiten!
Bijna altijd is er na het ontstaan van afasie enig spontaan herstel van de taal. Zelden of nooit is dat herstel volledig. Toch is er met veel oefenen, telkens weer proberen en volhouden vaak enige verbetering te verkrijgen. Degene die kan helpen met het oefenen van de taal is de logopedist. Een logopedist geeft onder andere taaltherapie. Bij deze therapie staat het weer kunnen communiceren voorop. Bij de verbetering van de communicatie kunt u als gesprekspartner hulp bieden. De behandelend logopedist kan u hiervoor aanwijzingen geven. Daarnaast besteedt de logopedist aandacht aan lezen en schrijven.
 

Tekst van : http://www.afasie.nl

Beroerte


Het herseninfarct komt het meeste voor. Vanwege een dichtgeslibde ader (trombose) of een bloedstolsel dat een hersenslagader verstopt (embolie), krijgt een deel van de hersenen te weinig bloed waardoor het hersenweefsel afsterft. 
Een hersenbloeding is het gevolg van een lek in een hersenbloedvat. Zo'n lek kan ontstaan door een zwakke plek in de bloedvatwand waardoor bloed de hersenen instroomt. Een voorbeeld is het knappen van een aneurysma (uitstulping in wand van een hersenslagader). Een hersenbloeding kan zich bevinden in het hersenweefsel (intracerebrale bloeding), maar soms ook tussen de hersenvliezen (subarachnoïdale bloeding of SAB). 
Een TIA staat voor Transient Ischaemic Attack: een tijdelijke doorbloedingsstoornis in de hersenen. Een TIA lijkt op een beroerte, maar gaat snel weer voorbij (meestal binnen een half uur). TIA's kunnen een voorbode zijn van een echte beroerte.  
Informatie van :  https://www.hersenstichting.nl

Coma


Coma is een zware vorm van bewustzijnsverlies, alsgevolg van een hersenbeschadiging.
De patiënt opent de ogen niet, spreekt niet en voert geen opdrachten uit, op welke manier hij daartoe ook wordt geprikkeld. Het verschil met slaap, waarop deze situatie lijkt, is dat de comapatiënt niet gewekt kan worden. Ook zijn er bij coma vaak stoornissen in elementaire functies zoals ademhaling en lichaamstemperatuur.
Wanneer de comateuze toestand niet verandert en stabiel blijft, spreken we van een langdurig coma (na minimaal één maand). De ogen blijven gesloten, wel worden de ademhaling en de temperatuur weer normaal. Maar meestal opent een comateuze patiënt na enkele weken de ogen, eerst als reactie op pijnprikkels en dan spontaan.

Als de motorische reactie niet verder verbetert, er geen opdrachten worden uitgevoerd en door de patiënt nog steeds geen woorden worden gesproken, noemt men dit tegenwoordig niet-responsief waaksyndroomHet verschil met langdurig coma is dat bij het niet-responsief waaksyndroom de ogen open zijn. Deze toestand kan wel jaren duren. Vroeger werd dit ook wel vegetatieve toestand of coma vigil genoemd, maar ook nu zijn er nog steeds verschillende termen in omloop om de vormen van bewustzijnsverlies te benoemen. 
Oorzaken:Coma kan veel oorzaken hebben. De meest voorkomende is een breed verspreide beschadiging van de grote hersenen door een ongeval of door zuurstofgebrek (beroerte). Andere oorzaken kunnen zijn vergiftiging of vochtophoping na een operatie. 
Informatie van :  https://www.hersenstichting.nl


Epilepsie


Epilepsie is een verzamelnaam voor aandoeningen waarbij regelmatig aanvallen optreden van veranderingen in de elektrische activiteit in de hersenen. Door het afgeven van elektrische impulsen communiceren hersencellen met elkaar. Bij een epilepsieaanval worden sommige hersencellen overactief en gaan in het wilde weg elektrische signalen afgeven. Het is te vergelijken met onweer in de hersenen: abnormale ontladingen van elektriciteit verstoren het normale functioneren. (Het Oudgriekse epileptein betekent 'overvallen'.) De aanval, ook insult genoemd, duurt meestal maar kort. De verschijnselen hangen samen met de ernst en de plaats van de 'kortsluiting' in de hersenen. 
Oorzaak : Bij de helft van de epilepsiepatiënten is er geen aanwijsbare oorzaak. Bij de anderen is epilepsie het gevolg van andere hersenaandoeningen, zoals hersenletsel door een ongeluk, een hersentumor, een ontsteking in de hersenen, een beroerte of zuurstoftekort. Daarnaast zijn er omstandigheden waarin een aanval wordt vergemakkelijkt, zoals stress of slaaptekort. Verstandelijk gehandicapten hebben vaker last van epilepsie dan anderen. Zo'n 75 tot 90% van de kinderen met het Sturge-Weber syndroom heeft een vorm van epilepsie.
Informatie van :  https://www.hersenstichting.nl

Hersenkneuzing

Bij een hersenkneuzing of contusio cerebri raakt het hersenweefsel beschadigd, in tegenstelling tot bij een hersenschudding, waarbij het weefsel niet beschadigd is. Het bewustzijnsverlies bij een hersenkneuzing is van langere duur (minstens vijftien minuten) en dieper dan bij een hersenschudding. Afhankelijk van de plaats van de beschadiging in de hersenen en de ernst van de kneuzing kunnen neurologische stoornissen zoals verlammingen optreden. 

Oorzaak : Door een klap ontstaat er een beurse plek in de hersenen, waar zich bloed en vocht opeenhopen. Het vocht neemt ruimte in beslag, waardoor de hersenen worden weggedrukt.
Informatie van :  https://www.hersenstichting.nl

Hersenschudding


 
Licht traumatisch hersenletsel, oftewel een hersenschudding, is het gevolg van een klap of stoot tegen het hoofd. Hierbij worden de hersenen voor korte tijd letterlijk door elkaar geschud. De hersenen zelf worden hierbij niet (langdurig) beschadigd, hoewel tot tien procent toch een lichte kneuzing of kleine bloeding kan oplopen. Bij minder dan één procent van de patiënten kan een ernstige bloeding optreden als bloedvaten beschadigd raken in de buurt van een schedelbreuk.

Van het ongeval en van enige tijd daarvóór kan de patiënt zich niets meer herinneren. Ook kan de patiënt zich vaak niets herinneren van de periode ná het ontstaan van de hersenschudding: er is dan sprake van posttraumatische amnesie (PTA), die enige tijd kan aanhouden. Hoe ernstiger de hersenschudding, hoe langer het bewustzijnsverlies en de PTA duren. 
Oorzaak : Klap op het hoofd na val of stoot. Voorbeelden zijn: een val van een trap, een botsing in het verkeer of een harde klap op het hoofd bij een vechtpartij. Hierdoor kunnen in de hersenen kleine of grotere beschadigingen ontstaan, verspreid over een groter gebied.
Informatie van :  https://www.hersenstichting.nl

Hersenvliesontsteking


Hersenvliesontsteking is een ontsteking van de vliezen die om de hersenen en het ruggenmerg liggen. In de meeste gevallen wordt het veroorzaakt door een bacterie of een virus. Hersenvliesontsteking veroorzaakt door een bacterie verloopt meestal ernstiger dan hersenvliesontsteking veroorzaakt door een virus.
Synoniemen : Het wordt ook wel meningitis, meningo-encefalitis of nekkramp genoemd. Oorzaak : Hersenvliesontsteking kan worden veroorzaakt door een virus of door een bacterie. Een virale ontsteking wordt veroorzaakt door een virus (= het kleinst bekende micro-organisme, eigenlijk een pakketje erfelijk materiaal). Dit is de minder ernstige variant. Bacteriële hersenvliesontsteking wordt veroorzaakt door een bacterie. Vaak begint dit als bloedvergiftiging, waarbij de bacteriën de bloedbaan infecteren. Een bacteriële ontsteking wordt veroorzaakt door één van de drie bacteriën: meningokok, pneumokok of Haemophilus influenzae type b (Hib). Die laatste komt sinds 1993 steeds minder voor vanwege een vaccin dat kinderen meekrijgen bij de DKTP-prik. Voorgenoemde bacteriën zitten (onschuldig) in de neus-keelholte. Als op een gegeven moment de weerstand afneemt, kunnen de bacteriën zich vermeerderen en zich verspreiden via de bloedbaan. Daarbij kan bloedvergiftiging ontstaan (dit geldt vooral voor de meningokok). Bovendien kan de bacterie via de bloedbaan in de hersenen en hersenvliezen terechtkomen en hierdoor hersenvliesontsteking veroorzaken.
Informatie van :  https://www.hersenstichting.nl 

Hersentumor


Een tumor is een gezwel dat het gevolg is van ongeremde celdeling. Tumoren kunnen ook in de hersenen voorkomen. Er bestaan veel verschillende soorten hersentumoren. Primaire hersentumoren zijn tumoren die uit het hersenweefsel zelf ontstaan. Een uitzaaiing van een primaire tumor elders in het lichaam (bijv. in de long of borst) naar de hersenen wordt een secundaire hersentumor of hersenmetastase genoemd.
Normaal hersenweefsel bestaat voor het grootste deel uit zenuwcellen en steuncellen (= gliacellen). De meeste hersentumoren ontstaan uit de gliacellen en worden gliomen genoemd. Gliomen worden verder onderverdeeld op basis van het soort gliacellen waaruit ze ontstaan. Zo ontstaat een astrocytoom uit astrocyten (stervormige cellen) en ontstaat een oligodendroglioom uit oligodendrocyten.
Oorzaak : In tumorcellen wordt het celdelingmechanisme verstoord door een verandering in de genen van die cellen. Dit kan leiden tot ongeremde deling en ten slotte tot vorming van een gezwel. Hoewel tumorcellen genetische veranderingen laten zien, is er in het geval van hersentumoren slechts zeer zelden sprake van een erfelijke aandoening.
Bij hersentumoren is het onderscheid tussen goedaardig en kwaadaardig minder van belang. Een kwaadaardige tumor kan uitzaaien naar andere delen van het lichaam, een goedaardige tumor niet. Maar ook een goedaardig gezwel neemt ruimte in de schedel in, waardoor gezond hersenweefsel in de verdrukking raakt en de patiënt dus ook klachten heeft.
Informatie van :  https://www.hersenstichting.nl


Hydrocefalie - zie waterhoofd

Traumatisch Hersenletsel



Traumatisch hersenletsel is een vorm van niet-aangeboren hersenletsel.
Bij traumatisch hersenletsel is het hersenletsel ontstaan door een oorzaak buiten het lichaam. Voorbeelden zijn: een val van een trap, een botsing in het verkeer of een harde klap op het hoofd bij een vechtpartij. Voorbeelden hiervan zijn een hersenschudding of een hersenkneuzing. 
Hieronder volgen voorbeelden van oorzaken traumatisch hersenletsel:

  • Zonder schedelletsel:
    • (Verkeers)ongeval;
    • val, bijvoorbeeld van een trap;
    • zwaar voorwerp tegen het hoofd;
    • klap tegen het hoofd, bijvoorbeeld bij een vechtpartij;
    • shaken baby-syndroom.

  • Met schedelletsel:
    • Binnendringen van botgedeeltes als gevolg van schedelbreuk;
    • Binnendringen van een voorwerp, zoals een kogel, steekwapen of ijzeren voorwerp.
Informatie van :  https://www.hersenstichting.nl


Vermoeidheid

Iets wat eigenlijk bij ieder kind / mens met niet aangeboren hersenletsel een belangrijk aandachtspunt is.
Deze afbeelding vond ik onlangs op facebook hierin wordt duidelijk weergegeven wat vermoeidheid inhoud voor o.a. mensen / kinderen met Niet Aangeboren Hersenletsel.  

Waterhoofd / Hydrocefalie

De hersenen nemen het grootste gedeelte van de schedelinhoud in beslag. Om deze relatief zachte hersenen te beschermen tegen de harde schedel, drijven ze in liquor, ook hersenvocht genoemd. Verder is liquor belangrijk voor de afvoer van stoffen. Bij hydrocefalie kan het hersenvocht (liquor) niet worden afgevoerd, of niet door de bloedbaan worden opgenomen. Hierdoor worden de hersenkamers vergroot en wordt het zogeheten 'waterhoofd' gevormd.
Oorzaak : Hydrocefalie kent verschillende oorzaken. De aandoening kan zowel aangeboren als later in het leven verworven zijn. Zo kan het onder meer ontstaan door een tumor in het hoofd; hersenvliesontsteking; een subarachnoïdale bloeding (SAB, bloeding tussen de hersenvliezen) of door bloedingen in de hersenkamer. Ook kan het veroorzaakt worden door aangeboren misvormingen zoals bij Chiari malformatie of het Dandy Walker-syndroom. In zeldzame gevallen wordt hydrocefalie veroorzaakt door een te grote productie van hersenvocht. 
Informatie van :  https://www.hersenstichting.nl

Zuurstofgebrek


Net zoals andere organen hebben de hersenen grondstoffen nodig voor de energievoorziening: glucose en zuurstof. Zuurstof doet de glucose verbranden, waardoor energie vrijkomt. Met deze energie kunnen hersencellen zelf in leven blijven én elektrische signalen afgeven. Die signalen stellen ons in staat te denken, te leren, de spieren te bewegen; ook ontvangen de hersenen signalen van de zintuigen.
Hiervoor moet het bloed continu deze grondstoffen aanvoeren, omdat we daarvan geen voorraadje hebben. Wanneer de hersenen even geen toevoer hebben, stopt de overdracht van signalen. Die wordt weer hervat zodra de energievoorziening zich herstelt. Maar als de toevoer te lang stokt, gaan de cellen zelf dood: de schade in de hersenen is dan definitief.
De hoeveelheid zuurstof in het bloed is erg belangrijk. Toch hoeft te weinig zuurstof in het bloed niet automatisch zuurstofgebrek in de hersenen te betekenen: de hersenen verhogen gewoon de bloedtoevoer. Maar in extreme situaties gebeurt dat onvoldoende.
 

Informatie van :  https://www.hersenstichting.nl

 



Geen opmerkingen:

Een reactie posten